Piet Mondriaan (1872-1944)

Schilder en medeoprichter van de ‘Stijl’. Met zijn ideeën en werkwijze die hij vanaf 1917 ontwikkelde oefende hij niet alleen binnen ‘De Stijl’, maar ook internationaal diepe invloed uit op de beeldende kunst, architectuur en vormgeving van de 20e eeuw. Zijn landschappen reduceerde hij geleidelijk tot meer samenvattende vormen waarbij hij tenslotte tegen 1920 uitkwam op composities van horizontale en verticale vlakken en lijnen in primaire kleuren rood geel en blauw, gecombineerd met wit en zwart. Hij meende daarmee vanuit zijn theosofische overtuiging het kernprincipe weer te geven van waaruit de kosmos is opgebouwd; daarmee dacht hij tevens de basis te leggen voor universele harmonie in de samenleving.

Catalogus van het werk van Piet Mondriaan

Teksten van Piet Mondriaan in Amersfoort


De Stijl
Is de naam van een in 1917 opgerichte groep schilders (onder anderen Mondriaan, Van Doesburg, Van der Leck) en architecten (onder anderen Oud, Wils, Rietveld) en van hun tidschrift.  Hun streven was (vooral stoelend op de ideeën van Mondriaan) de harmonische oerconstructie van de kosmos (geometrische vormen en primaire kleuren) via de vrije kunsten te laten doordringen in architectuur en vormgeving en van daaruit in de gehele samenleving. De stijl heeft internationaal diepe invloed uitgeoefend op de schilderkunst, architectuur en vormgeving van de 20e eeuw.


Het Rietveld Schröderhuis is het architectonische hoogtepunt van de kunststroming De Stijl. Het huis is in 1924 ontworpen door de Utrechtse architect en vormgever Gerrit Rietveld. Samen met onder andere de Eiffeltoren en Big Ben staat het Rietveld Schroderhuis op de UNESCO Werelderfgoedlijst. Een icoon van Nederland, dus! Het huis is niet alleen ontworpen maar ook ingericht door Gerrit Rietveld (1888-1964).


De Zonnehof is een tentoonstellingsgebouw in Amersfoort ontworpen door Gerrit Rietveld. Het gebouw in de stijl van het Nieuwe Bouwen werd geopend in 1959. Rietveld ontwierp voor het gebouw ook meubels en vitrines. Het gebouw is een eenvoudigere uitvoering van Rietvelds eerste ontwerp uit 1956. Het wit met blauwe pand is gebouwd met een repeterende basismaat van drie meter. Het gebouw is achttien meter in het vierkant en is zes meter hoog. Het heeft een plat dak met een bovenlicht waardoor daglicht van bovenaf kan toetreden. De buitenmuren zijn opgetrokken in rechtlijnige vlakken van geglazuurde baksteen afgewisseld met grote vensterpartijen. Binnen is op drie meter hoogte een gaanderij aangebracht.

De Belgische architect-schilder Henry Van de Velde had bij zijn afscheid als directeur van de Großherzoglich-Sächsiche Hochschule für Bildende Kunst te Weimar in 1918 de Duitse architect Walter Gropius voorgedragen als zijn opvolger. In 1919 liet Gropius zijn school, samen met de Grossherzoglich-Sächsische Kunstgewerbeschule opgaan in het nieuwe Staatliches Bauhaus Weimar. Zijn zowel theoretisch als praktisch toegepaste programma was een synthese van plastische kunsten, ambachtelijke techniek en industrie. Vooral onder invloed van de Nederlandse kunstenaar Theo van Doesburg, die samen met Piet Mondriaan in 1917 de kunstbeweging De Stijl had opgericht, evolueerde Bauhaus van het expressionisme naar het modernisme.

Theo van Doesburg, pseudoniem van Christian Emil Marie Küpper, (Utrecht, 30 augustus 1883[1] – Davos, 7 maart 1931) was een Nederlands kunstenaar. Hij staat bekend als een van de belangrijkste vertegenwoordigers en propagandisten van de abstracte kunst in de 20e eeuw. Hiertoe richtte hij in 1917 het tijdschrift De Stijl op. Naast schilder was Van Doesburg ook actief als dichter (zie I.K. Bonset), romanschrijver (zie Aldo Camini), typograaf, fotograaf, interieurontwerper en architect. Van Doesburg propageerde een wereld waarin de kunsten een meer verheffende, apolitieke en onderling gelijkwaardige plaats innamen binnen het theoretische kader van de Nieuwe Beelding. Hiervoor zocht hij aansluiting bij de internationale avant-garde.

Bart van der Leck werkte in de jaren 1890 in enkele Utrechtse glasschilderateliers, waar hij tegelijkertijd zijn opleiding ontving. In Amsterdam begon hij met het bestuderen van schilderijen. Zijn vroege werk werd onder andere beïnvloed door de Art nouveau en het Impressionisme. Met architect Piet Klaarhamer, met wie hij een atelier deelde, verzorgde hij als illustrator en boekbandontwerper een in 1905 in steendruk uitgevoerde uitgave van Het Hooglied van Salomo. Klaarhamer kalligrafeerde de tekst direct op steen en Van der Leck ontwierp de illustraties. Vanaf 1910 begon hij echter een eigen stijl te ontwikkelen die bestond uit gestileerde en vereenvoudigde vormen. Hierin liet hij perspectief weg en zijn onderwerpen verwerden tot geometrische vormen in primaire kleuren. Ondanks deze abstrahering van de onderwerpen was het nog steeds mogelijk om bijvoorbeeld een vrouw die naar de markt gaat te herkennen.