Torrentius, Johannes 1588-
Anoniem. Portret van Johannes Torrentius op 39-
Johannes Torrentius, werkelijke naam Johannes Symoonisz. van der Beeck, ook Jan Simonsz. van der Beeck of Jan Symonsz. Torrentius genoemd (Amsterdam, 1588 -
Hij wordt vermeld in 1612, toen hij in Amsterdam in het huwelijk trad. Later verhuisde hij naar Haarlem. Hier werd hij vanwege het erotische karakter van veel van zijn taferelen en misschien ook vanwege zijn uitbundige levensstijl beschuldigd van anabaptisme, davidjorisme en lidmaatschap van de rozenkruisers. Hij ontkende lid te zijn van zo'n sekte, ook tijdens de martelingen waaraan hij tijdens het proces onderworpen werd. Twee puriteinse dominees in Haarlem schrokken er niet voor terug getuigen om te kopen en getuigenissen op te rakelen van wel 15 jaar oud. Er wordt gezegd dat in het schilderij "Jezus met de Farizeeën en de overspelige vrouw" dat later door Torrentius in Londen gemaakt werd de hoofdschuldigen aan zijn vervolging zijn afgebeeld in de gedaanten van de sinistere figuren der Farizeeën. In 1627 werd hij veroordeeld tot 20 jaar gevangenisstraf. Ook werden alle schilderijen die van de veroordeelde gevonden konden worden door de beul verbrand. Door inmenging van de ambassadeur van Oostenrijk en koning Karel I van Engeland -
Kringen rond de schilder
Aquarel door Torrentius (1615) in het album amicorum van Gérard Thibault (KB Den Haag)
De apotheker en latere onderkoopman Jeronimus Cornelisz van het VOC schip Batavia was ook afkomstig uit Haarlem, vertrok daar vlak na het proces tegen Torrentius en er wordt vermoed dat hij deel uitmaakte van de kringen rondom de schilder.
Tijdens zijn verhoren noemde hij de dichter Dirck Raphaelsz. Camphuysen als voorbeeld van een inspirerende vrome levenswandel. Camphuysen was korte tijd in Haarlem ondergedoken bij de drukker Pieter Arentsz. Hij liet zijn eerste dichtbundel "Stichtelycke Rymen" in het geheim drukken bij Isaac Willemsz van der Beeck te Hoorn, vermoedelijk een familielid van Torrentius.
Er is slechts één schilderij overgebleven van de hand van Johannes Torrentius. Dat hangt in het Rijksmuseum.
Het raadsel van Torrentius
De libertijn Torrentius
Bloemlezing uit het werk van Roemer Visscher
Tijdlijn:
1588 Geboren in Amsterdam. Via zijn moeder verwant aan de schrijver/diplomaat Rodenburg, de koopman/dichter Spiegel en de schilder Verbeeck.
1609 eerste vermelding. Altaarstuk in Den Bosch.
1611 Verblijf in Spanje
1621 Wordt vanaf dit jaar in de gaten gehouden door het stadsbestuur en kerkenraad op verdenking van het verspreiden van 'gruwelijke ketterijen'.
1624 Hof van Holland gelast een onderzoek naar de gevaarlijk geachte sekte van de Rozenkruisers, die ook in Haarlem actief zou zijn.
1625 De stad Haarlem krijgt het bevel van het Hof van Holland Rozenkruisers uit de stad te weren. Torrentius zou een van de leiders zijn. Haarlem start een groot vooronderzoek naar Torrentius en verzamelt talloze getuigenverklaringen.
1627 30 augustus. Torrentius wordt gevangen genomen uitgebreid verhoord en extreem gemarteld.
1628 31 januari. Rechtszitting. Wordt veroordeeld tot 20 jaar tuchthuis wegens schandelijke levensstijl, toverij, goddeloosheid, godslastering en ketterij.
1629 Beroep bij Hof van Holland en bij de Hoge Raad worden afgewezen.
1630 Op verzoek van koning Karel I van Engeland verleent Frederik Hendrik hem gratie. Vertrek naar Londen, als hofschilder.
1642 Terugkeer naar Amsterdam
1644 17 maart. Wordt begraven in de Nieuwe Kerk.