De rehabilitatie van de Orde van de Tempeliers
Met die ontbinding eindigde de vervolging van de Orde van de Tempeliers niet. Op 18 maart 1314 werden de leiders van de orde als ketters verbrand. Volgens de legenden riep de grootmeester van de Tempeliers vanuit de vlammen: “God weet wie gezondigd heeft en Hij zal de zondaars snel treffen”. Nog hetzelfde kalenderjaar stierven zowel Philips de Schone als paus Clemens V.
In 2001 dook in de geheime archieven van het Vaticaan het Chinon-perkament op. Dat perkament bevat de verklaringen die door de pauselijke inquisiteur waren afgenomen van de leiders van de Orde van de Tempeliers. Uit aantekeningen op het perkament blijkt dat Clemens V, op grond van de verklaringen en het verdere onderzoek, had besloten de leden van de orde vrij te spreken. Het perkament is gedateerd 17-20 augustus 1308. Philips de Schone was niet blij met die vrijspraak. Daardoor moest hij namelijk alle goederen die hij verbeurd had verklaard, weer aan de orde teruggeven. En dat kon hij niet omdat hij het geld al aan zijn oorlogen had besteed. Hij zette daarom zoveel druk op de paus, dat die besloot zijn standpunt te herzien.
Op grond van het perkament en onder druk van de nabestaanden van de ordeleden heeft het Vaticaan de orde in 2007 gerehabiliteerd. Bij het 300-jarige jubileum van de arrestatie heeft het een boek uitgegeven met de facsimile’s van alle belangrijke stukken uit het archief.