Jacobus Arminius  (1559-1609)


Jacobus Arminius, latinisering van Jacobus Hermansz(oon),  was een Nederlandse predikant en godgeleerde tijdens het begin van de Tachtigjarige Oorlog.


In zijn theologie week hij onder andere op het punt van de predestinatie, de vrije wil en de erfzonde af van het kerkelijk-calvinistische belijden zoals dat was vastgelegd in de Nederlandse Geloofsbelijdenis en de Heidelbergse Catechismus. Hij is de grondlegger van het Arminianisme, aanvankelijk een stroming binnen de Nationaal Gereformeerde kerk die streefde naar aanpassing van de belijdenis. Na zijn dood kwamen de volgelingen van Arminius in 1610 met een verweerschrift of 'remonstrantie' dat in de kern de dikwijls als de vijf artikelen van de remonstranten aangeduide verdediging bevatte. Na de Synode van Dordrecht in 1618-1619, waar het arminianisme werd veroordeeld en afgewezen, hebben de volgelingen van Arminius de Remonstrantse broederschap gesticht. Overigens was het nooit de bedoeling van Arminius, noch van de remonstranten, een eigen kerk te stichten. Zij wilden binnen de kerk ruimte vragen voor Arminius' gedachten. Door zijn geleidelijk toenemende en verder afwijkende gedachten kwam Arminius, nadat hij overigens eerst bij hem was gepromoveerd en er aanvankelijk geen tegenstellingen waren, uiteindelijk in conflict met zijn collega-hoogleraar Franciscus Gomarus. Het leer-conflict tussen Arminius en Gomarus en hun respectievelijke aanhangers leidde uiteindelijk ook tot een politiek conflict waarbij het ging om de relatie tussen kerk en overheid, zeker in de 17e eeuw een uitermate gevoelige kwestie. In die relatie (kerk en staat) was Johan van Oldenbarnevelt, hoewel persoonlijk geen aanhanger van de theologische gedachten van Arminius en ook geen partijganger van Arminius (hetgeen abusievelijk vaak wordt gesteld!), van mening dat er binnen de kerk ruimte moest zijn voor de verschillenden opvattingen. Prins Maurits echter was van oordeel dat de vaderlandse kerk calvinistisch behoorde te zijn. Uiteindelijk is dit conflict over de visie op de kerk en op haar verhouding tot de staat in de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden een van de factoren geweest die geleid hebben tot de politieke ondergang en de executie van Johan van Oldenbarnevelt. De Synode van Dordrecht heeft de calvinistische leer onderstreept en vastgelegd in de Dordtse Leerregels, dikwijls nog steeds aangeduid als 'de vijf artikelen tegen de Remonstranten'. De Dordtse Leerregels vormden sindsdien een belijdenisgeschrift van de Nederlandse kerk; dat bleven ze ook in de volgende eeuwen, bijvoorbeeld in de periode van schisma's, waaruit naast de Gereformeerde Kerk ook de Nederlands Hervormde Kerk en bijvoorbeeld later weer de Christelijk Gereformeerde Kerk zijn ontstaan. Ook bij het weer samengaan van de protestantse hoofdstromen in het het zogenoemde 'Samen-op-Weg-proces' dat uitmondde in de Protestantse Kerk Nederland (PKN) in 2004, bleven de Dordtsche Leerregels (de Vijf Artikelen tegen de Remonstranten) als belijdenisgeschrift gehandhaafd. Dat heeft er enigszins toe bijgedragen, naast andere argumenten, dat de Remonstranten geen deel uitmaken van PKN, maar ervoor gekozen hebben een zelfstandig kerkgenootschap te blijven.