Flavius Josephus


Titus Flavius Josephus (Jeruzalem, 37 - Rome, ±100), ook wel Josef ben Matitjahu (Hebreeuws: יוסף בן מתתיהו) genoemd, was een Romeins-Joodse geschiedschrijver en hagiograaf van priesterlijke en koninklijke afkomst. In zijn twee belangrijkste werken Oude geschiedenis van de Joden (ca. 94 n.Chr.) en De Joodse oorlog (ca. 75 n.Chr.) ligt het accent op de eerste eeuw n.Chr., vooral op de Joodse opstand tegen de Romeinse bezetting in de periode 66 - 70 n.Chr. (de Eerste Joodse Oorlog) die resulteerde in de vernietiging van Jeruzalem in 70.


Josephus schreef zijn werken in het Koinè-Grieks om voor een Romeins publiek de geschiedenis van de wereld vanuit Joods perspectief uit te leggen. Deze werken geven waardevol inzicht in het jodendom in de eerste eeuw en de achtergrond van het vroege christendom.  Zelf hield Josephus zich aan de wet van Mozes en geloofde in de mogelijkheid het jodendom en het Grieks-Romeinse denken te verenigen in wat wel Hellenistisch Judaïsme wordt genoemd.[4] Hoewel hierover controverse is onder historici, lijkt Josephus als één van de eersten buiten de evangelieschrijvers Jezus en zijn titel "Christus" te hebben vermeld, zie Flavius Josephus over Jezus.


Het Testimonium Flavianum

In die tijd leefde Jezus, een wijs man. Hij verrichtte namelijk daden die onmogelijk geacht werden, en hij was leermeester van mensen die met vreugde de waarheid tot zich namen. En veel Joden alsook velen van de Grieken bracht hij tot zich. Ook nadat Pilatus hem op aanwijzing van de eerste mannen bij ons de straf van het kruis had opgelegd, gaven zij die het eerst in liefde waren gaan leven niet op. Tot op de dag van vandaag is de naar hem genoemde groep van de Christenen niet verdwenen.


Bron: Jezus de vijfde evangelist


 Flavius Josephus of de Algemene Historie der Joodsche Naatsie /Jacob Basgne