Het doopvont bij de preekstoel

Het doopvont van Naamse hardsteen is uit de 13e of 14e eeuw. De voet stamt volgens het opschrift uit 1673 en is in opdracht van de pastoor Guisius aangebracht. Het doopvont heeft vier gebeeldhouwde kopjes elk met een eigen karakter. Een van de kopjes heeft puntoren, wat waarschijnlijk een duivel of duivels mens symboliseerde.


In katholieke kerken en kathedralen wordt de doopvont meestal opgesteld in een doopkapel. Deze doopkapel bevindt zich doorgaans dicht bij het portaal van de kerk en de doopvont kan ook buiten het hoofdgebouw, in het baptisterium staan. In het protestantisme is de doopvont meestal opgesteld op het liturgisch centrum, voor in een kerk. In de Rooms-katholieke Kerk past het niet dat de doopvont in het priesterkoor is opgesteld, beter is het dat deze terug zijn plaats in neemt van vóór de liturgiehervorming en dat is achteraan links.


De achthoekige vorm van de doopvont …

Een doopvont is meestal achthoekig (en soms ook de doopkapel).

Daar zijn meerdere redenen voor.

Ten eerste spreken de kerkvaders vaak over de "achtste dag”.

De zevende dag is namelijk de Sabbath.

In het Nieuwe Verbond is niet langer de zevende dag (zaterdag), maar de achtste dag (zondag) de Dag des Heren, aangezien dat de dag was waarop Christus verrees uit de doden.

Aangezien het doopsel het begin is van een nieuw leven en een verrijzenis uit de geestelijke dood, heeft het doopselvont een achthoekige vorm om symbolisch te verwijzen naar de vreugde van de verrijzenis van Christus en het eeuwig leven.


Ten tweede verwijst het cijfer acht naar de ark van Noah, waar slechts acht personen gered werden. In de eerste eeuwen werd de link tussen het doopsel en de ark sterk benadrukt: "De ark . . . hierin werden enigen—acht personen, —gered door het water heen.

Als voorafgebeeld Doopsel redt thans dit water ook u; niet als een afwassing van de onreinheid naar het vlees, maar als een bede tot God om een goed geweten, door de opstanding van Jesus Christus.” (1 Pe. 3:20-21)


Tenslotte verwijst het cijfer acht ook naar de achtste dag waarop de besnijdenis van Jezus Christus plaatsvond. De besnijdenis uit het Oude Testament was immers een symbolische voorafbeelding van het doopsel.