De fresco’s en het ‘rode deurtje’


Het wijdings of Apostelkruis: twaalf van deze kruisen, de twaalf apostelen, werden in de kerk aangebracht om duidelijk te maken dat de gehele kerk door de bisschop was gewijd.




De fresco’s op de muur: Ook hier een voorbeeld van afbeeldingen uit een verhaal. In dit geval een voor ons onbekende bisschop en een afbeelding uit het verhaal van de ongelovige Thomas die zijn hand legt in de wonden van de verrezen Christus.



Het rode deurtje: Het deurtje leidt naar een driehoekige afgesloten ruimte die waarschijnlijk dienst deed als kluis, gezien de versterkingen van de deur. Hier werden in het begin van de reformatie jonge priesters opgesloten die iets teveel sympathie voelde voor de denkbeelden van Luther. Zo konden ze even afkoelen. Het gebeurde wel met toestemming van het bisdom en de stad.


Plattegrond met schematische aanduidingen van de altaarposities