Historie Stucwerk in Nederland.


Tot aan de zeventiende eeuw is er nauwelijks geornamenteerd stucwerk in Nederland aangebracht. In ieder geval is dat niet bekend. Vlak stucwerk, als afwerking van wanden en gewelven, komen we tegen op oud metselwerk vanaf het midden van de 11e eeuw. De nog aanwezige geornamenteerde stucplafonds uit de 16e eeuw en deels ook uit de 17e eeuw zijn meestal vervaardigd door, of onder invloed van, vakwerklieden uit onder andere Duitsland, Italie of Engeland.


Stucwerk als decoratie.

Aan het einde van de 17e eeuw verandert het gebruik van pleisterwerk enorm. Internationale kunststromingen komen dan ook hier tot uiting in het geornamenteerde stucwerk. Naast de decoratieve toepassingen in de grote buitenplaatsen, zien we aan het begin van de 18e eeuw ook een geweldige doorbraak in het interieurstucwerk in de steden. De rijkdom, vergaard door de handel, wordt voor een deel omgezet in prachtige interieurs en fenomenaal stucwerk. Beroemd is het rijk geornamenteerde stucwerk in de gangen en trappenhuizen, tuinkamers en andere zalen in de Amsterdamse grachtenpanden. Ook in de andere Hollandse steden vinden we een geweldige variatie aan stucwerkdecoraties. Hier hebben vaklieden uit binnen- en buitenland hun ongekende kwaliteiten getoond.


Decoratief stucwerk in de 21e eeuw.

Bij moderne, strakke interieurstijlen passen geen ornamenten meer. Deze stroming is met de Nieuwe Zakelijkheid aan het begin van de 20ste eeuw ingezet en is nog steeds actueel. Het is de stukadoor die muren en plafonds zo strak en glad mogelijk moet maken, wat ook een hele uitdaging is. De laatste tientallen jaren is er toch weer een kentering te bespeuren in de stijlopvattingen. Ook ornamenten kunnen weer, zowel retro/vintage als nieuwe vormen en mogelijkheden. Kortom; toch een renaissance van het vakmanschap. Tenslotte heeft de mens door alle tijden heen zijn woonomgeving versierd, van de tekeningen in de grotten van Lascaux tot de decoratieve., prefab vervaardigde, lijsten uit de bouwmarkten toe.

De meester stukadoor krijgt juist door deze hernieuwde belangstelling voor het ornament zijn plaats terug in de kunstnijverheid. Zijn vakmanschap is onontbeerlijk om een oud of monumentaal plafond zijn oude kwaliteiten terug te geven of iets nieuws te creëren. Beide vragen uit de professionele en de particuliere markt worden door de meester- of restauratiestukadoor ingevuld.