Geschiedenis van de Kabbala


Met de tweeëntwintig letters van het alfabet heeft God de wereld gecreëerd. Elke combinatie van letters is een formule. Zoals chemische symbolen de samenstelling van een stof uitdrukken. Of het nu om concrete voorwerpen of onbenoembare krachten gaat…


De Legende

Volgens de legende begint de geschiedenis van de Kabbala bij Adam. God zou Adam alle geheimen van de Schepping en het universum onthuld hebben. Deze onthullingen gingen verloren door de zondeval van Adam en Eva.

De tweede keer dat God zijn geheimen onthulde was aan Abraham die ze mondeling doorgaf aan zijn zoon Isaac. Isaac gaf ze door aan zijn zoon Jacob en die gaf ze weer door aan zijn zoon Jozef. Maar Jozef verzuimde de kennis door te geven en nam de geheimen mee in zijn graf.


God onthulde voor een derde keer zijn geheimen aan Mozes op de berg Sinaai. Behalve de geschreven wet (de Thora, waaronder ook de tien geboden) gaf God ook de mondelinge onthullingen aan Mozes, uitsluitend bestemd voor ingewijden.

De kabbalistische kennis is gebaseerd op de geheime leer die Mozes mondeling ontving. Mozes wordt dan ook als de eerste kabbalist beschouwd.


De vroegste sporen

Tussen de derde en zesde eeuw voor Christus circuleert er een manuscript, Sefer Yetzirah (Het boek van de Creatie), waarvan de auteur onbekend is. Het is slechts enkele bladzijden lang maar wordt als één van de oudste en belangwekkendste kabbalateksten beschouwd. De auteur onthult de diepere lagen van het bijbelboek Genesis. Hij stelt dat de schepping op twee verschillende niveaus heeft plaatsgevonden. Op het niveau van ‘een concept’ en het niveau van ‘de fysieke manifestatie van dat concept’. God had een idee en toen maakte hij dat idee tot realiteit. Het proces om van idee tot realiteit te komen onthult alle basisprincipes zoals die in het hele universum in elk leven werken.


Dit manuscript beschrijft voor het eerst de kabbala basisbegrippen zoals Sefirot (de tien eigenschappen of krachten van God) en de diepere betekenis van het Hebreeuwse alfabet. In de interactie tussen die tien eigenschappen en de tweeëntwintig letters werd alles in het universum gecreëerd. Het zijn de bouwstenen van het heelal. Het boek legt uit dat wie deze 32 elementen werkelijk kent en hun proces begrijpt, de formules kan creëren om te scheppen zoals God.


Pythagoras

Deze theorie is nauw verwant met de ideeën van de filosoof en wiskundige Pythagoras. Niet zo verwonderlijk; van Pythagoras is bekend dat hij in tijdens zijn jeugdige rondreizen in Babylon les kreeg van de Joodse profeten Daniël en Ezechiël.


Pythagoras ging er van uit dat het universum kon terug gebracht worden tot wiskundige formules. De genetische code en de nummering van de chemische elementen zijn verwant aan de numerologische opvattingen die de Kabbala bestudeert.


Akiva

Rond het jaar 40 staat een nieuwe grote kabbalist op. Akiva, een extreem nederige man, die tot zijn 30ste niet schrijven kon en daarom les ging volgen temidden van schooljongetjes. Hij studeerde twaalf jaar lang en vond de code die in de bijbel verborgen zat. Elk woord, elke letter, zelfs de vorm van de letters verborg een geheime, diepere betekenis, ontdekte hij.


In de eeuwen die volgden, leefde de kabbala een sluimerend bestaan. De nieuwe ontdekte geheimen werden van generatie op generatie mondeling doorgegeven door de aller wijste rabbijnen. Het duurde tot de Middeleeuwen voor de Kabbala tot volledige bloei kwam.


Isaac de Blinde

Rond 1150 dook er in Frankrijk een manuscript op, Sefer Ha Bahir (Het boek der Glans), dat beschouwd wordt als de eerste officiële kabbalistische tekst. Het boek geeft een mystieke interpretatie van de bijbel. Dit boek werd nauwgezet bestudeerd door Isaac de blinde, de eerste man die de naam ‘kabbala’ verbond aan de mystieke leer. Hij ontwikkelde een theorie, gebaseerd op het boek Genesis, hoe de tien eigenschappen van God het universum creëerden. Het is verbazingwekkend hoe deze theorie bijna als een blauwdruk geldt voor de huidige, wetenschappelijke big bang theorie.


Isaac de Blinde toont ook aan hoe de mens een manifestatie is van goddelijke energie in de fysieke wereld. De Torah, stelde hij, was de sleutel tot de ontraadseling van deze geheimen. In de Torah had God een boodschap voor de mens verborgen over de aard en het wezen van het leven en het universum. De ideeën van Isaac de Blinde verspreidden zich over Europa en vooral in Spanje.


De Zohar

Wie de bijbel letterlijk neemt, is een dwaas.

- Sjimon bar Jochaj, kabbalist uit de tweede eeuw na  Christus


In 1280 wordt uiteindelijk de bijbel van de kabbalisten gepubliceerd, de Zohar, Het boek der Schittering. Daar waar de bijbel een fysiek beeld schetst van hoe de wereld gecreëerd werd, gluurt de Zohar tussen de kieren van het theatergordijn om ‘de grote tovenaar’ in actie te zien.

"Het boek der schittering" of ‘Pracht’. Het is een commentaar op de Thora geschreven in Aramees en Hebreeuws. Het beschrijft de wandeltochten van vier rabbijnen (waarvan Sjimon bar Jochaj de belangrijkste is) die onderweg inzichten aan elkaar onthullen over de geheimen van de Thora. Het boek bevat mystieke discussies over de schepping van de mens, de aard van goed en kwaad en hoe onze daden de bestemming van onze ziel beïnvloeden. Andere onderwerpen zijn de natuur van God, het ontstaan en de structuur van het universum, de eigenschappen van zielen, zonde, berouw, verlossing enzovoort.


Het eerste deel van het boek bestaat uit allegorieën over de natuur en het zielenleven. Het tweede deel onderzoekt de eigenschappen van God, de wereld en de ziel. In het laatste deel heeft bar Jochaj een conversatie met Mozes over de geheimen van de tien geboden.

De basisgedachte is dat alles met alles verband houdt. Niets gebeurt toevallig. Alles is oorzaak en gevolg en er is voortdurend een immense interactie tussen alle onderdelen van het universum. De schepping is een ononderbroken proces in plaats van een eenmalige gebeurtenis in het verleden.


De auteur van de Zohar

Zoals bij vele kabbalistische werken is ook van de Zohar het auteurschap omstreden. De persoon die men als auteur beschouwde, Moshe de Leon, ontkende dat hij het boek geschreven had.


De Leon beweerde dat het boek in de 2de eeuw na Christus geschreven werd door het hoofdpersonage van de Zohar, Sjimon bar Jochaj. De Leon beweerde dat het manuscript eeuwenlang verborgen was in een grot in de buurt van Tsfat waar het uiteindelijk door een kabbalist gevonden werd en zo na omzwervingen bij De Leon in Spanje was terecht gekomen. Maar de man van wie De Leon het manuscript gekregen zou hebben, was dood, en kon dus niet om bevestiging worden gevraagd.

Een leerling van deze kabbalist ontkende dat zijn meester dit manuscript ooit in zijn bezit had. De Leon inviteerde de leerling om bij hem thuis naar het manuscript te komen kijken. Maar nog voor ze zijn huis bereikten, stierf De Leon. De weduwe van De Leon ontkende dat haar man een dergelijk oud manuscript in huis zou hebben gehad. Ze zei dat hij het zélf geschreven had, jarenlang, nacht na nacht. Volgens haar had hij het verhaal van Sjimon bar Jochaj verzonnen om zijn werk meer gezag te geven.


Tot op heden is dit raadsel niet opgelost al gaan de meeste geleerden ervan uit dat De Leon de vermoedelijke auteur en samensteller is van de Zohar. Diverse kabbalacentra werken aan een integrale vertaling van dit omvangrijke werk.


Tsfat

Deze generatie was uitverkoren om de schijnbaar mystieke Kabbala te vertalen, begrijpbaar en concreet te maken. Daarna zou dit krachtige extract nog enkele honderden jaren rijpen vooraleer het grote massa’s in vervoering zou brengen. Pas in de eenentwintigste eeuw van hun jaartelling had Sjimon Bar Jochaj geschreven, zou de Kabbala de zielen van miljoenen mensen in vuur en vlam zetten.

- uit: De Kabbalist


Rond de helft van de 16de eeuw kwam de Kabbala tot grote bloei. Het brandpunt van alle ontwikkeling was een onooglijk bergstadje in Noord Galilea, vlakbij het meer van Tiberias; Tsfat.


Tsfat werd bevolkt door kabbalisten die gevlucht waren uit alle streken van Europa waar Joden vervolgd werden, vooral uit Spanje. Al snel ontstonden er maar liefst 21 synagogen en 18 kabbalascholen in Tsfat.

Algemeen werd Cordovero erkend als de grootste kabbalist van Tsfat. Cordovero had zich omringd met een kring van mannen die de hoogste morele eisen aan zichzelf stelden. Ze brachten hun dagen door in contemplatie en het interpreteren van kabbalistische teksten, vooral de Zohar. Cordovero had een feilloos instinct om uit alle kabbalistische geschriften die bestonden het kaf van het koren te scheiden. Daaruit distilleerde hij de zuivere grondbeginselen van de kabbala. Hij stierf op 48 jarige leeftijd en de legende wil dat bij zijn begrafenis een zuil van vuur van zijn graf naar de hemel steeg.


Cordovero werd opgevolgd door Itschak Luria. Luria verdiepte de inzichten van Cordovero, verklaarde ze en had een kennis die, naar men zei, het goddelijke benaderde. Hij was de eerste die de kabbala praktisch toepasbaar maakte in het leven van alledag. Luria zelf schreef bijna niets gedurende zijn leven. Hij gaf de exclusieve toestemming aan Chaim Vital om zijn geheime leer op te schrijven.


Newton

Hij wilde de auteur van de bijbel naar de kroon steken.

Hij wilde God worden.

Maar God had zijn boek al geschreven.

Honderd jaar na de dood van Itschak Luria kwamen de geschriften van Chaim Vital in het bezit van Knorr van Rosenroth en Francis van Helmont. Zij besloten deze teksten, alsook grote gedeeltes van de Zohar, te vertalen.


De Vlaming Francis van Helmont, een arts, werd door de Engelse gravin Anne Finch uitgenodigd op haar landgoed om haar te genezen van migraine. Van Helmont zou vijftien jaar lang op haar kasteel, Ragley Hall, blijven wonen. De gravin was immers de spil van het Onzichtbare College, een netwerk van Europese kabbalisten en alchemisten, die elkaar ontmoetten op het landgoed. In Ragley Hall werkte Van Helmont verder aan de vertaling van wat het boek "Kabbala Denudata" zou worden; "De Kabbala Ontsluierd". Het zou een werk van groot gezag worden dat een brug probeerde te slaan tussen de Joodse mystiek en het Christendom.


Isaac Newton, ook lid van het Onzichtbare College en regelmatige bezoeker van Ragley Hall, kwam op deze manier in contact met de kabbala. Isaac Newton was een groot bewonderaar van het boek en had uiteraard een exemplaar in zijn bibliotheek. Zijn exemplaar is bewaard gebleven in de bibliotheek van de universiteit van Cambridge. Dr Seth Pancoast schreef: "Newton ontdekte de wet van de aantrekking en afstoting dankzij zijn studie van de kabbala". (Zie ook: De Geheime Newton.)

Van Helmont bleef tot Finch’s dood op haar landgoed Ragley Hall wonen. Hij schreef verder onder meer het boek The Alphabet of Nature waarin hij aantoonde dat het Hebreeuws de oertaal van de mensheid was omdat de letters precies correspondeerden met de natuurlijke positie van de spreekorganen.


Vandaag de dag

De theorieën van Luria, opgeschreven door Chaim Vital, vormen de basis en inspiratie van de kabbala zoals die vandaag bestudeerd wordt. Maar de Kabbala ontwikkelt zich nog elke dag. De Kabbala onthult zichzelf iedere keer weer opnieuw met nieuwe inzichten in elk tijdperk.


Zo onthulde het boek "De Bijbelcode" uit 1997 de code die de Joodse hoogleraar in de wiskunde, Eliyahu Rips, ontdekt had. Hij plaatste de 5 boeken van de Thora in een computerprogramma en ontdekte dat alle grote gebeurtenissen uit de menselijke geschiedenis als in een cryptogram verborgen zaten in de code. Van de moord op Rabin, tot de aanslagen van 11 september, tot en met alle belangrijke personen die ooit geleefd hebben met hun belangrijkste werken.


Ook Isaac Newton onderzocht trouwens op zijn manier deze code die de wereldgeschiedenis voorspelde. Hij deed dit aan de hand van het bouwplan in het bijbelboek Ezechiel van de Tempel van Salomo.

De voorspelling dat de kabbala in deze tijd grote groepen mensen zou raken, is in elk geval uitgekomen. Pionierswerk is hierin verricht door het Amerikaanse Kabbalah Center die een manier ontwikkelden om de hermetische kabbala toegankelijk en begrijpelijk te maken voor iedereen.


Maar werkelijk bekend werd de kabbala pas toen Madonna deze eeuwenoude mystieke leer ging bestuderen. Miljoenen mensen over de hele wereld bestuderen inmiddels de kabbala. Op Madonna’s vorige CD Confessions on a dancefloor, zong zij het lied Isaac. Dit lied gaat over Itschak Luria, één van de twee hoofdpersonages van de roman De Kabbalist van Geert Kimpen.


Bron: O.m.: Simple Kabbalah. Kim Zetter. Castle Books.



Kabbalist geschiedenis